Op aarde had de Here Jezus bijzondere aandacht voor kinderen. Soms tot grote ergernis van Zijn discipelen. Hij brak zomaar gesprekken met hen af om kinderen aandacht te geven. Kinderen stelde Hij graag ten voorbeeld. Hij heeft ons geleerd dat wij moeten worden als de kinderen.

Er was nóg een groep waar Jezus speciale aandacht voor had. Het waren volwassenen, maar in de ogen van de toenmalige leiders van het volk waren ze ‘klein’. Het was de ‘schare die de wet niet kende’.

Nee, daarmee bedoelde Hij niet de onverschilligen. Die waren er ook. Maar Hij bedoelde mensen die het heel lastig vonden om al die geboden en verboden te houden. Mensen die ook op een verschrikkelijke manier door de mand gevallen waren. Nooit zou het bij hen weer worden zoals vroeger...

Jezus had nogal wat volgelingen afkomstig uit deze groep van de maatschappij. Want Hij was voor hen zo anders. Bij Hem voelden ze zich niet afgewezen. Hun geloof was niet groot. Ze zouden het nooit ontkennen als dat van hen gezegd werd. Maar hun vertrouwen ging uit naar de Here Jezus. Ze proefden Zijn liefde, ze hunkerden naar Zijn Woord. Grote mensen, die klein waren. Niet alleen in de ogen van anderen, maar ook in hun eigen ogen.

Weet u dat Jezus heeft gezegd dat God voor al deze ‘kleinen’ speciale aandacht heeft? Kleintjes van vijf jaar, maar ook ‘kleinen’ van vijftig jaar. Voor kleinen die niet voor zichzelf kunnen opkomen.

In Matteüs 18 staat een geweldige tekst: ‘Waak ervoor ook maar een van deze geringe mensen te verachten. Want Ik zeg jullie: hun engelen in de hemel aanschouwen onophoudelijk het gelaat van mijn hemelse Vader.’

Engelen zijn er niet speciaal om te zorgen voor kinderen onder de zes. Lazarus werd ook niet vergeten. Petrus trouwens ook niet.

De Here God heeft engelen de opdracht gegeven om Hem te dienen én om speciaal op bepaalde mensen te letten. ‘Hun engelen’, staat er. Het zijn ook engelen die voortdurend het aangezicht van God zien. In hun zorg voor de ‘geringen’ staan ze continu in contact met God.

Het is met hen als met de engelen die Jakob in zijn droom zag. Het opvallende was dat deze engelen eerst opklommen en daarna neerdaalden. Als een soort inlichtingendienst van God. Ze hielden God steeds op de hoogte van Jakobs toestand. Als God kennisgenomen heeft van hun rapport, zendt Hij hen terug met nieuwe opdrachten voor het leven van Jakob. Zo klommen ze op en daalden ze neer...

Je hebt dus allerlei soorten engelen. Sommigen dragen deftige namen: aartsengelen, serafs, cherubijnen... Engelen met heel bijzondere opdrachten.
Maar er zijn dus ook engelen voor de ‘kleinen’.
Hoe die engelen heten? 
Ik weet het niet.

Juist als je jezelf een gering mens noemt, mag je rekenen op de hulp van engelen. Is dat niet geweldig?!

Deze overdenking verscheen eerder op de Facebookpagina van ds. Arie van der Veer.