Evangelisten vanuit het hart van Rusland: "Gods wil is ons niet duidelijk"
Je zou kunnen zeggen dat Evenkië het hart van Rusland vormt. Immers, het ligt precies in het midden ervan. Er wonen minder dan 20.000 zielen in een gebied dat 30 maal zo groot is als Nederland! Op de evangelistenlijst van Friedensstimme staan de namen van zes evangelisten(gezinnen) die in dit gebied wonen en werken. ‘Zes evangelisten op 20.000 mensen, is dat niet wat veel?’ zegt u nu misschien. Dat is één manier van kijken naar die realiteit. Een andere manier is: ‘Zes evangelisten op een gebied zo groot als Frankrijk, Duitsland en Spanje bij elkaar, is dat niet veel te weinig?’
In maart van dit jaar bezochten twee medewerkers van Friedensstimme het gebied Evenkië. Daar te komen is geen kleinigheid. Twaalf uren vliegen, gevolgd door twee lange dagen met de auto, toen kwamen wij aan op de plaats van bestemming. Dat zegt tegelijk alles over het gebied. Afgelegen, eenzaam, ruig, onherbergzaam. Dat zijn woorden die op Evenkië buitengewoon van toepassing zijn. Een evangelist die zijn of haar meest nabije collega met een bezoekje wil vereren, moet daarvoor zeker een week in zijn agenda vrij plannen. En vier dagen van die week gaan dan op aan de reis erheen en weer terug. Per auto kan dat, of per boot. Maar hoe dan ook, reizen in Evenkië kost tijd, heel veel tijd. En het is gevaarvol. Immers, krijg je onderweg pech met je vervoermiddel, dan is er niemand die je helpen kan. Internetverbinding is er alleen in de ‘grotere’ nederzettingen. Ook bereik met de telefoon is schaars en vaak onbetrouwbaar. Dus zo’n tocht binnen Evenkië vraagt om planning en gedegen voorbereiding. En dan hebben we het nog niet eens gehad over klimatologische uitdagingen. Immers, in de winter kan het er gemakkelijk -40 graden worden. In de zomer kunnen temperaturen tot tropische waarden stijgen. Dan zijn er muggen die zorgen voor grote overlast. En er zijn beren die op zoek zijn naar voedsel!
Konstantin Gylymsjanov en Vjatseslav Zacharov wonen in Baykit. Samen geven zij vorm aan het evangelisatiewerk in en rond deze nederzetting. Michael Rsjanin vervult zijn dienst in en rond Toera. Alexej Nebisnetz woont en werkt in Nidym. Alexej Rsjanin woont helemaal in het noorden van Evenkië, in de nederzetting Jessey. Tenslotte is er Michel Bloedenov die niet meer woont in Vanavara, waar hij vele jaren arbeidde, maar deze nederzetting nog wel zeer regelmatig bezoekt. Dat is wat je het ‘team evangelisten in Evenkië’ zou kunnen noemen. Het doel van de reis die wij maakten, was hen te bezoeken en te bemoedigen op een kleine evangelistenconferentie in de nederzetting Baykit.
Het thema van de conferentie waaraan wij deelnamen luidde: ‘Zijt standvastig, onbeweeglijk, altijd overvloedig zijnde in het werk des Heeren.’ 1 Kor. 15:58. Sowieso is dit een thema dat past bij een evangelistenconferentie. Maar we kwamen erachter dat het thema speciaal toepasselijk is voor evangelisten in Evenkië. In de wandelgangen van de conferentie spraken wij met ‘onze’ evangelisten. Alexej Rsjanin vertelde als volgt: "In mijn jonge jaren heb ik zwaar en menigmaal gezondigd. Ook tijdens mijn tijd in het leger zat ik gevangen in zonde en duisternis. Ik zocht de Heere niet, maar Hij vond mij toen ik 23 jaar oud was. In 2005 riep de Heere mij naar Evenkië. De nederzetting waar wij dienen ligt 250 kilometer boven de poolcirkel. Het klimaat is er ongunstig. Maar wij hebben er ons thuis. Wij houden van de inwoners van Jessey. En zij houden van ons. Mijn vrouw en ik hebben al een plaats uitgezocht waar wij begraven kunnen worden als de Heere ons thuis heeft gehaald."
Met deze woorden geeft Alexej blijk van een enorm hoog niveau van toewijding aan de dienst waartoe de Heere hem riep. Wij troffen die toewijding bij alle evangelisten aan. Zij hebben allen te maken met enorme moeilijkheden en eenzaamheid. Maar zij blijven op hun post. Zij krijgen niet vaak bezoek. Contact met het thuisfront is moeizaam. Alexej Rsjanin zegt: "Sinds internet er is in ons dorp kunnen wij gemakkelijker contact onderhouden met familie en collega’s. Daarvoor zijn wij dankbaar. Maar wij hebben ook gemerkt dat mensen minder naar de samenkomst komen, sinds er internet in ons dorp is, Je kunt zelfs zeggen dat er sprake is van een nieuwe verslaving, internetverslaving, terwijl velen in onze omgeving al zo verslaafd waren aan de alcohol." Alexej geeft een voorbeeld van hoe het leven in deze contreien is. "Toen wij hier net woonden, werd ik op een nacht wakker. Er werd buiten geschoten. Ik kleedde mij aan en ging kijken wat er aan de hand was. Er stond nog een man te kijken. Hij zei tegen mij: ‘Maak je maar geen zorgen. Ze zijn dronken.’ Maar daar werd ik niet echt geruster van."
Zijn jongere broer Michael dient circa 600 kilometer zuidelijker, in Toera. "Onze grootste zorg zijn onze kinderen. De twee oudsten zijn al volwassen en zijn opgegroeid in deze omgeving. Zij denken God en Zijn gemeente niet nodig te hebben. Dat is voor ons een grote zorg. Zij hebben hun vrienden gevonden buiten de gemeente." De zorg voor de eigen kinderen wordt door alle evangelisten die wij spreken, genoemd. Het geeft een bijzondere verbinding wanneer wij in alle openheid delen dat wij in het Westen vergelijkbare zorgen hebben over onze gezinnen en onze kinderen. Wij beloven dat wij voor hen en de gezinnen zullen bidden. Maar niet zonder dat wij vragen: ‘Bidden jullie ook voor ons!'
Op een avond hebben wij gelegenheid om met de jeugd van de gemeente, vaak zijn dat ook de kinderen van de evangelisten, te spreken. Wij spreken over de verschillen die er zijn tussen het leven in Nederland en dat in Evenkië. Ze kijken verlangend wanneer wij beschrijven hoe er in onze gemeenten sprake is van jeugdverenigingen, bijbelkringen voor jongeren, tienerclubs, enzovoorts. Dat kennen zij niet, maar wat zouden zij er graag van willen proeven. "Wij gaan in ons dorp naar school van de vierde tot en met de tiende klas. Daarna kunnen wij kiezen uit twee opleidingen. De jongens kiezen vaak voor techniek, de meiden voor verzorging. Meer keuze is er niet. Als we wat anders willen, moeten we naar de grote stad, Krasnojarsk of Kansk." De meeste jongeren hebben ook een baantje, werken in de ‘supermarkt’ of passen op kleine kinderen in het dorp. Ouders zien hun kinderen niet graag vertrekken naar de stad waar grote verleidingen zijn, waar de wereld trekt. Dus als evangelisten al overwegen om terug te gaan naar hun thuisgemeente, dan is dat vanwege de kinderen. En wie zou ze ongelijk geven?
Een van de evangelisten die wel eens nadenkt over vertrekken uit het gebied, is Alexej Nebisnetz. "Mijn vrouw is ziek. Ze kampt met maagproblemen die niet goed oplosbaar zijn. Vanwege haar gezondheid en vanwege de kinderen overwegen wij om terug te keren naar onze thuisgemeente. Maar wij willen de leiding van de Heere volgen en niet onze eigen wil. Gods wil is ons niet duidelijk. De mensen in Nidym voelen dat wij deze overweging hebben en komen naar ons toe: ‘Blijf bij ons’, zeggen ze, ‘niet weggaan.’ Wij kunnen ook zeggen dat wij onze eigen nederzetting en de dorpen in de omgeving diverse malen hebben bezocht met het Evangelie. Ik denk dat in elk huis een Bijbel is, wij zijn overal geweest. Misschien is het tijd voor een ander om het stokje over te nemen." Ook dat is een boodschap die wij steeds weer horen. Evangelisten zijn overal al geweest, hebben op elke deur geklopt en iedereen is voorzien van Bijbels en lectuur. Wat moet je dan nog?
Dat leidt tot het laatste zorgpunt dat wij niet onbesproken kunnen laten. Er is hard en toegewijd gearbeid door de evangelisten in het gebied. Maar zichtbare vrucht is er nauwelijks. Als er gedoopt wordt, dan zijn het meestal de kinderen van de evangelisten en gemeenteleden. Ook dat is vrucht, natuurlijk. Maar zo graag willen de broeders zien dat er uit het volk van de Evenken zielen tot berouw en bekering komen. Zoals dat in de buurprovincies Jakoetië (ten oosten) en Tajmyr (ten noorden) wel gebeurt onder de inheemse bevolking. De broeders evangelisten worstelen met vragen daaromtrent: "Wat doen we fout? Waarom verhoort de Heere onze gebeden niet? Wat kunnen wij nog meer doen dan wat wij doen?"
Het is niet een heel vrolijk verhaal dat wij hier opschrijven over het werk in Evenkië. Maar wij eindigen met een bemoediging. Op de (lange) weg terug maakten wij kennis met Nikolaj en Olga Soechanov uit Teya, een kleine plaats net buiten Evenkië. Wij maakten zijn inzegening tot het ambt van evangelist mee. Nikolaj is een broeder die werkelijk in vuur en vlam staat voor de zaak van Christus. Hij neemt allerlei initiatieven om zijn kleine dorp te bereiken met het Evangelie en hij mag ook voorzichtig waarnemen dat de Heere zijn bediening zegent. Met zijn inzegening heeft hij ook nadrukkelijk de taak mee gekregen om de broeders evangelisten in Evenkië te bezoeken, te bemoedigen en op alle manieren bij te staan in hun bediening. En vanuit het noorden, uit Tajmyr, komt ook evangelist Oleg Ljoebitsj naar het zuiden om bij te springen en vooral samen met de jeugd te evangeliseren. Het vuur in Evenkië is niet gedoofd, het smeult. Moge de Heere het vuur doen aanwakkeren, tot bekering van zielen en tot verheerlijking van de Naam van onze Heere en Heiland, Jezus Christus.
Bovenstaand artikel is afkomstig uit Friedensstimme Contact, het magazine van Stichting Friedensstimme. Friedensstimme Contact wordt acht keer per jaar naar al de ontvangers verzonden. In Friedensstimme Contact laat de stichting vooral de evangelisten aan het woord. Klik hier om het magazine gratis te ontvangen.
Praatmee