PKN spreekt zich uit voor opvang illegale migranten: "Het is moreel juist"

De overheid moet de opvang blijven verzorgen van mensen die illegaal in Nederland verblijven. Dat is het gevolg van de uitspraak van de rechtbank in Amsterdam over de plannen van de inmiddels teruggetreden minister Faber van Asiel en Migratie. De PKN is blij met de uitspraak: “We zien het als een bevestiging van onze roeping als kerk”, reageert Jurjen de Groot.
Minister Faber was van plan om de zogeheten bed-bad-broodregeling af te schaffen. Dat betekent concreet dat ze wilde dat de overheid niet langer betaalt voor de eerste levensbehoeften van mensen die illegaal in Nederland verblijven. Hoewel het kabinet inmiddels is gevallen, waren die plannen nog niet van de baan. De rechtbank in Amsterdam bepaalde eind mei echter al dat de overheid niet mág stoppen met het betalen van deze opvang. De rechter beriep zich daarbij op het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie.
‘Voor kerken en diaconale initiatieven die mensen zonder papieren opvangen, is deze uitspraak goed nieuws’, reageert de PKN. ‘Er is nu duidelijkheid: de rijksoverheid is verantwoordelijk voor de kosten, niet de gemeenten. Dat maakt samenwerking tussen kerken, hulporganisaties en overheden beter mogelijk.’
Ook Jurjen de Groot, directeur van de dienstenorganisatie van de PKN en Kerk in Actie is blij met de uitspraak van de rechter. “We zien deze uitspraak als een bevestiging van onze roeping als kerk: er zijn voor mensen van wie de waardigheid op het spel staat. Mensen zonder papieren leven vaak in moeilijke omstandigheden. Dat zij recht houden op opvang is niet alleen juridisch belangrijk maar ook moreel juist.”
Praatmee