De Gezalfde: De leider als mannetjeshert (11)
Het is 2015. John komt met ‘Time for Joy’ op de landelijke televisie. Nathan, voorganger van een ’emerging’ gemeente in Amstelland, zet me aan het denken over Johns leiderschap.
De regionale televisie-uitzendingen van de diensten van de Joy-gemeente gaan nationaal. John komt nu wekelijks op de landelijke televisie. Elke zondagmorgen van tien tot elf kan heel Nederland op RTL12 kijken naar ‘Time for Joy’ met als hosts John en Annelies. Wat dit de gemeente per week aan zendtijd kost is onbekend, maar op de forums en blogs op internet wordt er druk over gespeculeerd.
John heeft nu een landelijke positie als evangelisch leider. Maar wat wil je met een gemeente van bijna tweeduizend bezoekers. Hij is bestuurder van meerdere evangelische stichtingen en verenigingen. Het gaat hem ogenschijnlijk goed af. Maar ik ben er niet gerust op. Dit moet eens verkeerd gaan aflopen. Wie in de gemeente en wie in evangelisch Nederland kan en durft nu nog tegen John op te staan? Veel van de mensen die dit in het verleden geprobeerd hebben zitten nu afgebrand thuis. Johns oudstenraad zit vol ja-knikkers. Niemand stopt de vervorming die onbewust over de jaren heen is opgetreden. Als ik John ontmoet op bijeenkomsten van leiders wordt er heel wat met elkaar afgehugd, maar zal John nog echte vrienden in zijn leven hebben? Mensen die John mogen zeggen wat ze denken en vinden, die hem kunnen afremmen en bijsturen? Ik ben bang van niet! Het moet een eenzame wereld zijn aan de top van het succes.
Ik ben zelf net voor de tweede keer in mijn leven door een serie supervisiegesprekken gegaan. Ik heb me opnieuw verbaasd over de blinde vlekken in mijn werk, de vervorming in mijn bediening en motivatie. Ik heb heel wat moeten bijsturen. Zou iemand als John zich durven openstellen voor supervisie? John inschattende is hij nog steeds onzeker. Ik ben bang dat hij nog steeds de dwang in zich heeft om zich te willen bewijzen ten opzichte van zijn vader; dat hij een leegte probeert te vullen met succes.
Het is 2017. Jessie en ik organiseren een avond bij ons thuis voor mensen die betrokken zijn bij nieuwe vormen van kerk-zijn. We zijn met een groepje van dertig man. Tijdens het eten raak ik in gesprek met Nathan, de jonge voorganger van een nieuwe gemeente in Amstelland. Al snel vertelt hij me dat hij deel is van het voorgangersoverleg in Amstelland en hoeveel moeite hij heeft om hier op een goede manier met John om te gaan. Nathan en zijn vrouw hebben de afgelopen jaren veel ex-leden van de Joy-gemeente opgevangen en hebben zoveel negatieve verhalen gehoord dat hij worstelt om op een gezonde manier met John om te blijven gaan.
“Waarom zou een voorganger, een man Gods, titels als senior pastor, apostel, CEO of zelfs doctor achter of voor zijn naam zetten? Het doet me denken aan een roedel herten waarbij het meest dominante mannetje niet alleen zijn territorium, maar ook zichzelf besproeit met zijn eigen urine om een sterke geur af te geven en zijn dominantie te versterken. Welke rol speelt dit in het koninkrijk van God? Waarom moet de een zich verhogen ten opzichte van de ander? En wat moet mijn houding tegenover hem zijn? Moet ik buigen of kruipen als een jong mannetjeshert? Of moet ik de strijd met hem aangaan en kijken wie het sterkste is? Wat moet ik doen?”
Ik merk zijn frustratie. “Wat doet de boswachter?” vraag ik hem. Nathan lacht en schudt dan zijn hoofd. “Nee, zo gemakkelijk kom je niet van me af. De boswachter werd zelf ook een hert.” Ik begrijp waar hij heen wil. Zelfs Jezus werd een mens. Ik moet hier even over nadenken. Dan zeg ik: “Het hert wordt gedreven door oerdriften en angsten. Hij moet al deze tekenen van dominantie laten zien omdat hij bang is voor zijn positie binnen de roedel. Zijn streven is om zijn hele roedel te bevruchten. Zijn angst is dat een ander mannetjeshert hem verslaat en verjaagt. Ik denk dat er een sleutel ligt in het bewust worden van je oerdriften en angsten. Onze boswachter die hert werd, had maar één oerdrift: doen wat de Vader doet. Hij had misschien soms wel angst, maar liet zich niet door deze angst leiden, want hij vertrouwde de Vader. Iemand als John wordt misschien ook wel gedreven door oerinstincten en angsten, waardoor hij zo’n dominante houding neerzet.”
Nathan wil wat zeggen, maar ik ga door… “Ik worstel ook met die twee. Ik verlang naar de veiligheid en geborgenheid van het vertrouwen in de Vader en te doen wat Hij van me vraagt. Maar ik merk ook de leegte in mij. Een leegte die zich zo gemakkelijk en goed laat vullen met oerdriften en angsten. Het is als een monster in mij dat ik moet bevechten, anders overwint het mij. In het geval van John ben ik bang dat bij hem dit monster nog onzichtbaar is en hij deze strijd nog niet kan strijden. Het is gemakkelijk voor mij om John te veroordelen, maar daarmee veroordeel ik ook mezelf.”
Voor Nathan is mijn antwoord niet bevredigend. “Maar de slachtoffers dan, die hij en zijn vrouw maken? Die komen al een paar jaar bij ons in de gemeente met hun verwonding, pijn en verhalen. Je moest eens weten wat ik allemaal gehoord heb. Er zijn huwelijken kapot gemaakt omdat bijvoorbeeld de man de gemeente uitging, en de vrouw koos om trouw te blijven aan pastor John. Annelies, zijn vrouw, heeft vrouwen in de gemeente verteld dat ze hun man het huis uit moesten zetten als hij negatief over de gemeente sprak. Er zijn vrouwen die klonen van Annelies zijn geworden. Kinderen wordt afgeraden om hun ouders te zien als deze de gemeente hebben verlaten. Het is ongehoord! Paartjes die verkering krijgen moeten hier eerst met de pastor over praten voordat ze met hun ouders spreken. Die twee wurmen zich in gezinnen en huwelijken en maken daar van alles kapot. Het kost ons uren en uren aan pastoraat. De gebrokenheid en de pijn die ik gezien heb…”
“En dan de houding van John en Annelies in hun leiderschap en hun rijkdom,” gaat Nathan verder. “Aan de buitenkant lijken ze net echte schaapherders. Op het oog houden ze de kudde bij elkaar en leiden de schapen naar grazige weidegrond. Maar ze hebben geen enkele behoefte om zich op handen en voeten tussen hen in de laten zakken en gras met hen te herkauwen. Ze maken misbruik van hun macht en positie en verrijken zich ten koste van de mensen. En dan komt hij met een houding van ‘kijk mij eens’ naar het voorgangersoverleg. Iedereen buigt voor hem. Hij, die twintig jaar geleden hele gemeenten in Amstelland gehalveerd heeft, wil nu vechten voor de eenheid van de stad, waarbij hij natuurlijk aan het hoofd staat. Voorgangers wiens hart hij twintig jaar geleden heeft gebroken en die nog maandelijks verhalen horen over zijn wanbeleid, geven hem nu weer alle ruimte. Nou, ik niet hoor! Ik weet dat het onchristelijk klinkt, maar soms zou ik zijn beide benen willen breken. Die man maakt zoveel kapot. Hoe kan het nou dat iemand zo fout is en tegelijkertijd zoveel gezag kan afdwingen?”
Ik begrijp zijn boosheid, maar weet niet wat ik hem moet antwoorden. Ik zie ook dat John zijn gebrokenheid in anderen kopieert. Het is een grote verantwoordelijkheid. Ik zou niet graag in zijn schoenen staan.
- wordt vervolgd -
'De Gezalfde’ is een spannend feuilleton in dagboekstijl, geschreven door Matthijs Vlaardingerbroek. Elke maandag en donderdag staat een nieuwe aflevering online. Deze serie is volledig fictief. Hoewel gebeurtenissen zoals beschreven in ‘De Gezalfde’ herkenning zullen oproepen bij mensen die bekend zijn met de mores in bepaalde evangelische en charismatische gemeenten en organisaties in Nederland, berust elke gelijkenis met bestaande personen, gemeenten en situaties op louter toeval. Ook is het niet zijn opzet om met deze serie evangelische en charismatische christenen of kerken op de hak te nemen, maar veel meer dieperliggende dynamieken bloot te leggen.
Praatmee