De Gezalfde: Op bezoek in Johns gemeente (2)
Na allemaal negatieve verhalen over John en zijn vrouw Annelies te hebben gehoord van een ex-oudste van zijn gemeente, kom ik hem op een dag onverwachts weer tegen.
In de lente van 1994 kom ik John plotsklaps weer tegen op een conferentie in De Bron. We delen nieuwtjes uit en vol trots vertelt hij mij over zijn werk in de gemeente. Hoe de gemeente ‘Joy’ enorm aan het groeien is en dat God hem beloofd heeft dat zijn gemeente de grootste kerk van Amstelland en omgeving gaat worden, een megakerk van wel duizenden leden. Het klinkt zo mooi, zo overweldigend dat ik er even jaloers van word. Mijn eigen werk bestaat uit straatevangelisatie en de afgelopen jaren dat ik dit fulltime doe, heb ik nog nooit iemand tot de Heer geleid. Niet echt een superevangelist dus… En hier is John die vertelt over de vele bekeerlingen en wonderen die God in zijn gemeente aan het doen is. Tjonge, dat wil ik ook.
Op uitnodiging van John bezoek ik een aantal weken later zijn gemeente. Het eerste wat mij opvalt als ik daar aankom en wil parkeren, zijn twee parkeerplaatsen voor de deur van de gemeente. Niet gereserveerd voor gehandicapten of ouden van dagen, maar voor pastor John en pastor Annelies. Ik schud verbaasd mijn hoofd. Ze zouden toch niet slecht ter been zijn geworden. De parkeerplaats van Annelies is leeg. Op de plek van John staat zijn oude Nissan stationwagen. John zelf staat bij de deur al op me te wachten en geeft me een grote hug.
“Tjonge, een gereserveerde parkeerplaats voor de deur. Niet alleen voor jou, maar ook voor Annelies. Heeft Annelies ook een auto?” “Nee, nog niet! Maar we hebben geloof voor twee auto’s, dus die komen er wel. God is goed! Zou je het erg vinden om pastor Annelies te zeggen? Anders raken mensen in de war. Leuk om je te zien!” Het gesprek verloopt zo snel dat ik me pas later realiseer wat hij zei. Verwacht hij van mij dat ik nu pastor John en pastor Annelies tegen hen zal zeggen? Nee, zeker toch niet!
In de kerk hangen overal foto’s van John en Annelies. Een glimlachende John en Annelies bij de deur van de kerk. Een glimlachende John en Annelies op het mededelingenblaadje, op de welkomstfolder, op de visitekaartjes. Een glimlachende John en Annelies op een poster aan de muur. Een glimlachende John en Annelies op de beamer. Ik verwacht zelfs een glimlachende John en Annelies op het herentoilet te vinden, maar als ik daar ga plassen, hangt er alleen maar een ‘Halleluja, God is goed’ poster. Gelukkig!
De dienst is uitbundig. Er gebeurt van alles op het podium. In tongen zingen, profeteren, bidden voor genezing. Een jonge vrouw vertelt vol passie over pastor John dit en pastor Annelies dat. De gemeente juicht en jubelt mee. John predikt. Elke halve zin roept de gehele gemeente ‘amen’. Dit wordt een lange zit. Als kind telde ik vroeger tijdens een lange preek altijd de tegels in het plafond. Het waren er elke week 226, maar je wist maar nooit – dus telde ik ze iedere zondag weer. Hier zijn geen tegels om te tellen. Ik kijk eens goed om me heen. Hoeveel mensen zouden hier zitten? Ik tel er honderdtien. Misschien is het een stille ochtend. Ik glimlach in mezelf. John heeft nog een lange weg te gaan, wil hij de grootste gemeente van Amstelland worden.
Na de dienst is er koffie. Het valt me op dat iedereen met pastor John wil spreken. Hij neemt hier uitgebreid de tijd voor en dit geeft mij kans om de kleine boekwinkel in de kerk te bekijken. Veel charismatische boeken en natuurlijk cd’s en video’s van pastor John. Twee uur later kunnen we vertrekken. Ze nodigen mij uit in hun flatje naast de gemeente. John en Annelies wonen in een oud huurflatje van de woningbouw. Het ziet er wel gezellig uit van binnen.
Onderweg naar Amstelland had ik me al voorgenomen om naar aanleiding van mijn gesprek met Henk, de ex-oudste een aantal kritische vragen te stellen, maar hier in zijn huis imponeert John mij helemaal. Om eerlijk te zijn laat ik me niet zo snel imponeren, maar iets in zijn houding geeft mij net het gevoel dat ik het kleine jongetje ben dat mag boffen dat ik koffie met de succesvolle geestelijke leider mag drinken. Prik daar maar eens door heen.
Annelies vraagt mij hoe het met ons gaat. “Ach, ik mag niet klagen”, antwoord ik haar. “Nee, want dan ben je in de woestijn. Negatieve woorden hebben kracht, weet je. God is goed. Het is goed om in de overwinning te staan.” Zo, ga maar even in de hoek staan. Waarom voel ik me ineens zo ongeestelijk en meer dan een klein beetje boos worden?
Ik vraag hen onder het genot van een lekker kopje koffie waarom iedereen hen pastor John en pastor Annelies noemt en of dit soms verplicht is. Natuurlijk zeg ik het niet direct, daar voel ik me te geïmponeerd voor, maar indirect is dit wel de strekking. John legt het wel even uit: “Matthijs, je moet goed weten dat als je een profeet ontvangt, je het profetenloon ontvangt. Dat zegt de Bijbel. Op dezelfde wijze werkt het ook met voorgangers. Als je een pastor ontvangt en eert, dan krijg je het pastorloon. Mensen noemen ons pastor omdat ze ons willen eren en daarmee het loon van een pastor ontvangen.”
“En betaalt het pastorloon een beetje goed?” grap ik, maar de grap landt niet. Ze kijken me verontrust aan. Ik probeer een andere insteek: “Maar heeft Jezus niet gezegd dat we elkaar juist geen namen en titels moeten geven, omdat God al die dingen is en hierin voorziet? Het lijkt me dat het geven van titels aan mensen binnen het lichaam van Christus helemaal tegen het onderwijs van Jezus ingaat.” Annelies reageert fel: “John spreekt namens God. Je moet hem niet in twijfel trekken. Hij is Gods gezalfde en het is gevaarlijk om aan de gezalfde te komen.”
Ik sta op om weg te gaan, maar John legt zijn hand op mijn arm en tovert zijn meest charismatische glimlach op zijn gezicht. Hij doet net alsof het hele gesprek niet plaats heeft gevonden en vraagt mij over mijn werk. Hij geeft me het gevoel dat ik ertoe doe, dat ik belangrijk ben voor hem. Het voelt even goed, al realiseer ik me op de terugweg in de auto al snel dat dit deel is van zijn charismatische pakket, maar waarschijnlijk even leeg als de gereserveerde parkeerplaats van Annelies.
Ik vertel hem kort over mijn gesprek met Henk om zijn reactie te polsen. “Ach ja, Henk. Wat zit die man vol religieuze geesten.” Annelies vult hem aan. “En zijn vrouw is echt onder de macht van de Izebelgeest.” “Ja”, gaat John verder: “Voor mensen die Jezus niet willen volgen, maar vast willen blijven zitten in hun religieuze gevangenissen is er bij ons geen plaats. Zeker niet in het geestelijk leiderschap. Beter dat ze weg zijn met hun vergif.”
Ik merk dat ik genoeg heb gehoord en sterk de behoefte heb om een lange tijd flink uit te waaien op het strand en mijn hoofd weer leeg te krijgen. Ik maak mijn excuses en krijg van Annelies een koele hand. John loopt met me mee naar de auto. Hij geeft me een grote hug en wil nog voor me bidden. Ik laat hem dit maar doen. Het is toch waarschijnlijk de laatste keer dat we elkaar zo hebben gezien. We zijn misschien voor een maand vrienden geweest, maar nu zitten we toch echt op een ander spoor.
De Gezalfde’ is een spannend feuilleton in dagboekstijl, geschreven door Matthijs Vlaardingerbroek Elke maandag en donderdag staat een nieuwe aflevering online. Deze serie is volledig fictief. Hoewel gebeurtenissen zoals beschreven in ‘De Gezalfde’ herkenning zullen oproepen bij mensen die bekend zijn met de mores in bepaalde evangelische en charismatische gemeenten en organisaties in Nederland, berust elke gelijkenis met bestaande personen, gemeenten en situaties op louter toeval. Ook is het niet zijn opzet om met deze serie evangelische en charismatische christenen of kerken op de hak te nemen, maar veel meer dieperliggende dynamieken bloot te leggen.
Praatmee