Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
God
13 januari 2016
door
Jeffrey Schipper
"Er wordt veel paniekvoetbal gespeeld"
"In het vluchtelingendebat laten christenen zich te gemakkelijk meeslepen in wilde stemmingmakerij. Daar wil ik niet aan meedoen," zegt Koert Koster, schrijver van het boek
‘Ik ben allochtoon’. In zijn boek gaat hij de strijd aan met vooroordelen ten aanzien van vluchtelingen en wijst hij op het vluchtverhaal van veel bijbelfiguren, zoals Ruth, David en ook Jezus Christus. CIP.nl stelt Koert een aantal vragen.
Je daagt lezers uit om kritisch te kijken naar vooroordelen ten aanzien van vluchtelingen. Waarom?
"Ik merk dat er onder mensen behoefte bestaat om het vreemde te duiden en zo een plek te geven. Zo krijgen mensen een zekere grip op de werkelijkheid. Dat doen ze ook met het oog op vluchtelingen. Iedereen heeft er een mening over. Vaak wordt die mening gevoed door angst. Angst voor het onbekende. En onbekend maakt onbemind. De mening die mensen uiten is vaak ongefundeerd en onterecht. Tijdens verjaardagen schrik ik vaak over hoe mensen over allochtonen praten. Het lag voor de hand om allochtonen en criminelen op één hoop te gooien. Dat ging mij te ver."
"Vandaag de dag verkondigt Geert Wilders deze ideeën nog steeds. Ook christenen laten zich soms al te gemakkelijk meeslepen in deze wilde stemmingmakerij. Ik wil niet meedoen aan paniek- en haatzaaierij. In plaatselijke kerken komen deze geluiden van oordeel en afwijzing ten aanzien van vluchtelingen voor. Daar schrik ik en daar baal ik van."
"In het vluchtelingendebat laten christenen zich te gemakkelijk meeslepen in wilde stemmingmakerij. Daar wil ik niet aan meedoen"
"Eigenlijk is deze observatie mijn motivatie geworden om dit boek te schrijven. Enerzijds heb ik een afkeer van onnozel en simplistisch gepraat over vreemdelingen en vluchtelingen – daarom wil ik het één en ander rechtzetten of nuanceren. Anderzijds heb ik te doen met deze noodlijdenden, omdat ik hun pijn en verdriet zie op de beelden van het journaal. Schrijnend vind ik het. Mensonterend, Godonterend ook. Immers, zij zijn schepselen van God."
In hoeverre proef je angst onder ons Nederlanders en kun je die angst verklaren?
"Ik denk dat de grondtoon van het bestaan angst is. In mijn laatste boek
‘Geef Mij je angst’ heb ik dat uitgewerkt. Paniek komt voort uit angst. Ik denk dat er veel paniekvoetbal gespeeld wordt. Als mensen bang en angstig zijn, dan is dat geen spel. Dat is echt. Maar onze overheid en veiligheidsdiensten kunnen de angst voeden en mensen nog veel banger maken dan ze al zijn. Je ziet dat in Parijs en België. Als winkels en scholen gesloten worden, ligt het leven stil. Een stad wordt dan een spookstad. De overmacht aan politie en leger draagt niet bij aan een veilig bestaan. Hun optreden werkt averechts."
"Voor de man die kinderen op schoot nam en hen aanraakte, de handen oplegde en zegende, was er geen warm thuis"
"Burgers zijn er niet voor opgeleid om onderscheid te maken tussen verdacht en niet-verdacht," voegt de schrijver toe. "Onze veiligheidsdiensten, politie en justitie kunnen een verdacht pakketje nog niet eens van een onschuldige tas onderscheiden. Iedere kwajongen in Nederland kan hele stations platleggen. Onze regering overvraagt burgers door van hen te vragen goed op te letten en te melden als ze iets verdachts zien. De idee alleen al schept angst."
In de Bijbel komen we bekende bijbelfiguren tegen die ook vluchteling waren. Kun je er één bijbelfiguur/bijbelverhaal uitlichten die jou aan het denken heeft gezet en uitleggen waarom?
"In mijn boek passeren verscheidene mensen de revue. Het meest wereldschokkend en ongekend is het feit dat Jezus zelf de ‘Vreemdeling uit Galilea’ is. Als God-in-vlees kwam Hij van een andere Planeet. Hij kwam de Vadernaam verklaren, om van mensen hemelburgers te maken. Dat pelgrimmotief leefde Jezus voor. Hij was altijd in beweging, ja op de vlucht. We kunnen Hem zien als Degene die politiek vluchteling werd, waarna Hij met zijn ouders uit Egypte geroepen is. We lezen dat er voor Hem geen plaats was in het nachtverblijf van de stad. Ja, de Mensenzoon had geen plaats om zijn hoofd neer te leggen, terwijl de vossen holen en de vogels des hemels nesten hadden. Dat is ongehoord. Voor de man die kinderen op schoot nam en hen aanraakte, de handen oplegde en zegende, was er geen warm thuis."
Hoe zouden we vluchtelingen, kijkend door de bril van God, moeten behandelen?
"Vluchtelingen zijn allereerst schepselen van God. Zij verdienen het om gelijkwaardig - met gelijke rechten en plichten - behandeld te worden. Wat mij tijdens mijn studie is opgevallen, is dat God een voorkeursoptie heeft voor de wees, de weduwe en de vreemdeling. Deze drie worden keer op keer genoemd als gelijke partners. Zowel in het Oude als het Nieuwe Testament hebben zij een belangrijke plaats aan het hart van God. De Israëlieten moeten de vreemdeling in hun midden opnemen. Dat is niet alleen een morele verplichting, maar bij wet geregeld. Het volk moet hen recht doen vanuit de liefde van God die een God wil zijn van het volk Israël, om zo de God te zijn van alle volken."
Deel dit artikel op: