Het onderzoek betrof een herhaling van een onderzoek dat ook in 2005 en 2015 is gehouden. In de afgelopen twintig jaar is het aantal nauwelijks- of niet lezers met 3% gestegen van 40 naar 43%. Hoewel hier een veel hogere score verwacht was, is dit een ontwikkeling waar de HGJB in de toekomst opnieuw aandacht voor wil vragen: hoe kan het dat zo'n groot deel van de catechisanten niet of nauwelijks voor zichzelf in de Bijbel leest? Hoe krijgen we ook deze jongeren aan het bijbellezen?

Motivatie
Opvallend vindt de HGJB verder dat de meeste motivaties om Bijbel te lezen veel lager scoren dan tien of twintig jaar geleden. De motivatie ‘omdat ik God (beter) wil leren kennen’ werd aangekruist door 66% van de jongeren, tegen 80% in 2015. ‘Omdat ik persoonlijk bemoedigd wil worden’ daalde van 62% naar 37%. De enige stijger was hier ‘omdat anderen dat van mij verwachten’ (van 13 naar 16%).

In de manier van bijbellezen lijkt een verschuiving te hebben plaatsgevonden van ‘persoonlijk’ bijbellezen naar ‘verstandelijk’ bijbellezen. Er is meer behoefte aan basiskennis over de Bijbel en minder aan persoonlijke reflectie.

SOLVAT
De HGJB wil het onderzoek uitbreiden en verdiepen met interviews onder jongeren. Aan de hand daarvan wil ze komen tot vernieuwde adviezen om het bijbelleesgedrag van tieners en jongeren te bevorderen. Deze adviezen zullen in het voorjaar van 2026 actief gedeeld worden met het kader van gemeenten. Ook zal de bijbelleesmethode SOLVAT, die na het onderzoek van 2005 is ontstaan, opnieuw tegen het licht worden gehouden.