God zij dank bevestigt Paulus in 1 Korinthe 13:5 dat God in zijn volmaakte liefde ons het kwade niet toerekent. God houdt geen boek bij van het kwaad. Dat is het werk van de tegenstander. 
 
Paulus schrijft in Kolossenzen 2:14 dat God de bewijslast, of het strafblad dat de aanklager tegen jou gebruikte, verscheurd en vernietigd heeft door het aan het kruis te slaan. 
 
God is geen ‘Boekhoudgod’. Hij telt niet. Hij geeft je geen tweede of derde kans. Bij Hem mag je altijd opnieuw beginnen. Met een schone lei. Buitensporige genade. 
 
God wrijft je niet onder je neus hoe vaak je al bent gestruikeld. Denk niet langer: ‘Het is de zoveelste keer dat ik de fout in ga. Ik leer het nooit!’ Voor God telt niet wat zijn kinderen in het verleden hebben uitgespookt of hoe vaak zij nog zullen struikelen. Voor God telt dat jij je handen naar Hem uitstrekt om weer op te staan en opnieuw te beginnen. Net zo lang tot je slappe knieën sterk genoeg zijn om te gaan staan en je weg met Hem te gaan. 
 
Paulus citeert met vreugde in Romeinen 4:7 en 8 een regel uit Psalm 32 van koning David:
‘Gelukkig is de mens wiens onrecht is vergeven, wiens zonden zijn bedekt; gelukkig is de mens wiens zonden de Heer niet telt’ (Romeinen 4:7-8, NBV).
 
God brengt je zonden nooit meer in rekening. Je schuld is aan het kruis voldaan. Alles wat was telt niet meer.

Wilkin van de Kamp is spreker en schrijver. Bovenstaand fragment is afkomstig uit het dagboek 'Begin je dag met God'.