Historicus Zihni Özdil leest elke dag in de Bijbel: "Christendom essentie van onze identiteit"

Ze kunnen niet wachten tot ze de nieuwe bijbelvertaling NBV21 onder ogen zien die vandaag wordt gepresenteerd. Onder meer historicus Zihni Özdil, directeur van het Frans Halsmuseum Ann Demeester en priester Antoine Bodar zaten dinsdagavond bij het televisieprogramma OP1 om uit te leggen waarom.
Zihni Özdil is blij met de nieuwe vertaling, hij leest bijna elke dag uit de Bijbel. "Het wordt vaak vergeten, maar de Bijbel, het christendom vormt de essentie van de Nederlandse identiteit. De cultuur is in 500 jaar opgebouwd en daar mag best bij wordt stilgestaan."
"Een nieuwe vertaling is altijd mooi", vindt priester Antoine Bodar. "Als hij maar niet in de heilige liturgie gebruikt hoeft te worden. Waarom niet daar? In de katholieke liturgie is stilering van een taal van belang. En ten tweede is het van belang dat je teksten, met name psalmen, uit het hoofd kan leren. Dat gebeurt bijna niet meer. Toch ben ik blij dat er een nieuwe vertaling is: het is voor christenen zelf belangrijk, maar ook als literair boek."
Viroloog Ab Osterhaus is van huis uit met de Bijbel opgevoed, hij is rooms-katholiek. "Ik denk dat de Bijbel een enorm belangrijk boek is. Al heb ik wel een kanttekening: met de Bijbel in de hand zijn er natuurlijk heel veel dingen gebeurd die absoluut niet kunnen. Al gaat het alleen al om de wetenschap die is tegengewerkt."
De demissionaire coronaminister Hugo de Jonge schoof aan bij OP1 voor zijn blik op de ontwikkelingen van het coronavirus, maar kreeg ook de kans om te reageren. Hij was niet per se aan een nieuwe bijbelvertaling toe. "Al moet je iedere generatie de kans geven om vertrouwd te raken met de Bijbel." De vader van De Jonge was dominee, thuis werd dus veel uit de Bijbel gelezen. "Nog steeds is de Bijbel een belangrijk deel van mijn leven", is De Jonge open.
Ook Ann Demeester, directeur van het Frans Halsmuseum, zat aan tafel. Ze groeide katholiek op en werkte mee aan de kunsteditie van de 'nieuwe' Bijbel. "Ik heb een grote interesse voor de Bijbel meegekregen. De Bijbel gaat erover hoe wij leven. Het is niet alleen voor Nederland, maar voor West-Europa het fundament van ons denken. Het gaat over goed en kwaad, over man en vrouw. We moeten meer nadenken over de aarde waarop je loopt."
Het boek is voor haar veel meer dan een boek voor gelovigen: "Het wordt gezien als het geloofsboek, als een geloofsbelijdenis voor een specifieke groep. Maar het is meer dan dat. Alles is op de een of andere manier terug te leiden tot de Bijbel. Het is terug te leiden, of je dat nu mooi vindt of niet, tot wie wij zijn."
Özdil, voormalig GroenLinks-Kamerlid betoogde dat hij het krom vindt dat juist christenen de kop van jut zijn, vooral uit progressieve hoek. "De afgelopen 60 jaar hebben we in Nederland het christendom vleugellam gemaakt. Christenen beledigen, grapjes, vernederen is tegenwoordig bon ton. Sinds ik erover schrijf in Elsevier Weekblad krijg ik bijna elke dag berichten van christenen in Nederland die zeggen dat ze op hun werk, op de universiteit geen christen meer kunnen zijn. Omdat ze in een God geloven. Dan denk ik: wat zijn we aan het doen in Nederland? Als we inderdaad het christendom erkennen als de basis van de Nederlandse identiteit, waar zijn we dan mee bezig?"
Beeld: Op1
Praatmee