Het werk voor de Global Mercy kan beginnen: "Hoop dat mensen niet alleen lichamelijk, maar ook geestelijk genezen"

Twaalf jaar geleden stapten Marianne en Justin los van elkaar aan boord van de Africa Mercy, Ć©Ć©n van de twee Mercy Ships. Vanaf het vertrek uit Rotterdam zetten ze, inmiddels getrouwd en met drie kinderen, wĆ©Ć©r koers naar Afrika, maar nu met zusterschip de Global Mercy. āWat een voorrecht om je kinderen hier op te mogen laten groeien.ā
āKijk maar, ik kan het je wel even laten zienā, zegt Marianne, terwijl ze naar de ramen van de family cabin loopt, de plek waar familie Van der Spijk voor de komende twee jaar woont. Een eindeloze vlakte aan water blijkt tijdens het interview het uitzicht van het ziekenhuisschip, dat wekenlang in Rotterdam te bezoeken was. Nu is het tijd voor de laatste voorbereidingen in Tenerife, waarna de bestemming Senegal wordt. Het schip moet gaan doen waarvoor het gemaakt is.
Hoe waren de twee weken in Rotterdam?
āHet was heel bijzonder dat de mensen die voor ons belangrijk zijn ons plekje konden bekijken, los van al de bezoekers aan boord. Onze eigen cabin, maar ook de school van de kinderen. Een feestje aan boord om Rotterdam binnen te varen, toen de kapitein een gebed uitsprak, we dansten en zongen. We wilden graag dat iedereen op de kade iets ervaarde van Gods liefde, daar iets van proefde. Je hoopt ook dat niet-christenen aangetrokken worden, dat ze denken: wat gebeurt er hier?ā
āInmiddels was het ook wel weer goed om weg te gaan. We namen iedere dag weer afscheid van andere mensen, de rek is er wel uit op een gegeven moment. Het is goed om aan het werk te gaan, we zijn al sinds de zomer van 2020 bezig met de voorbereidingen voor ons vertrek.ā
Al twaalf jaar geleden zaten jullie ook aan boord van een van de Mercy Ships, waar jullie elkaar leerden kennen. Hoe is het om weer terug te zijn?
āToen al vond ik het heerlijk, dat communitylevenā, vertelt Marianne. āNu is dat ook vrij vlot op gang gekomen. Toen we wegvoeren bij Hoek van Holland en om het moment te markeren een dans deden met het team, dacht ik: dit is dus de groep waarmee we het gaan doen. Dat voelt toch als familie.ā
āDat gaat snel: iedereen zit in dezelfde situatie. Iedereen moet wennen en wil investeren in dit leven. Het is wel anders dan twaalf jaar terug, toen zocht je elkaar ās avonds op en maakte je overal een praatje. En ik was verliefd, dat hielp ook mee, haha. Nu zit je toch meer aan de kinderen gebonden en zoek je elkaar als gezinnen weer meer op.ā
Jullie hebben elkaar hier dus leren kennen, maar zijn jaren in Nederland aan het leven gewend geweest. Waarom was het nu tijd om weer mee te gaan?
āAl in 2010 zeiden we dat we later weer mee wilden. Dat zou toch gaaf zijn, dachten we. Wat een voorrecht om je kinderen hier op te mogen laten groeien. In de zomer van 2020 voelde ik dat er iets groters te gebeuren stond. Toen we in de auto op vakantie naar Oostenrijk stapten, vroeg ik Justin of we dan toch een stap met ons huis of werk moesten zetten. āWe zijn goed waar we nu zijn, daar moeten we de tijd voor nemenā, zei hij. OkĆ©, dat was het dan, dacht ik.ā
āLater die dag lag Justin op bed en zag op zijn telefoon een advertentie van Mercy Ships voor een Food Supply Manager mĆ©t family cabin langskomen. Die ruimte is niet vanzelfsprekend voor elke functie. Ja, daar moet je wat mee, zei ik tegen Justin. Hij kon het niet meer loslaten tijdens die vakantie. Op de terugweg belden we gelijk met Mercy Ships. We hebben ook nooit meer echt getwijfeld: als God het wil dan gaan we. Dan vertrouwen we erop dat het Gods wil is.ā
Het is een flinke stap om met drie kinderen aan boord te gaan. Hoe ervaren jullie dat zelf?
āEerlijk gezegd voelt dit voor ons als iets natuurlijks. Ik vind het ingewikkeld als mensen dit heel knap vinden, het werk ophemelen. Als je een bijbelstudie organiseert of je inzet voor de buurvrouw is dat minstens net zo waardevol. Natuurlijk is voor ons niet alles makkelijk. Nu denken we ook weleens: waar zijn we aan begonnen? Maar blijkbaar wordt het van ons gevraagd, dan moeten we daar wat mee.ā
Jullie hebben drie kinderen. Hoe ziet jullie dag er nu uit?
āOnze oudste dochter is Rose Marie (8), daarna komt JuliĆ«tte (bijna 5) en Krijn Christian (2). Zij zijn op het moment naar school en krijgen in het Engels onderwijs. Best intensief voor hen. Maar het is een heel prettige school met kleine klasjes en onwijs veel aandacht. Je merkt dat de docenten zelf ook christen zijn en zich geroepen voelden dit te doen.ā
Tussen de middag eten we met elkaar in de family cabin. Om de rust te bewaren, de kinderen hebben dan ook genoeg prikkels gehad. ās Avonds eten we met elkaar in de dining room, het is heerlijk om niet te hoeven kokenā, lacht ze.
De jongste, Krijn Christian, gaat drie van de vijf ochtenden in de week naar de kinderopvang, wat de moeders onder elkaar verdelen. āHet is dus druk genoeg hier, maar ik hoop ook de komende tijd ook mijn werk als tandartsassistente op te pakken en te kunnen fotograferen voor het communicatieteam. Maar in eerste instantie ben ik āmamaā. Ik kan niet zeggen dat het saai is.ā
Het duurt nog even voordat de Global Mercy in Senegal aankomt. Wat vind je het mooiste aan de missie, waar hoop je op?
āNatuurlijk dat al die patiĆ«nten met hun familie iets van God ervaren. Niet alleen lichamelijk, maar ook geestelijk genezen. Daarbij zijn er ook heel veel Afrikaanse mensen die worden ingezet, bijvoorbeeld als vertalers. Je hoopt dat ook zij meer van Gods liefde ervaren.ā