Dit artikel is nu opgeslagen in je
dashboard.
Bewaar artikelen in je dashboard.
God
05 januari 2023
door
Matthijs Vlaardingerbroek
God blies het kaarsje van Zijn aanwezigheid in mijn leven uit
Geloofsverlies, kerkverlating, geloofstransitie, geloofstwijfel; allerlei woorden die in deze serie over christenen, die de kerk en vaak ook hun geloof verlaten, voorbij zijn gekomen. Dan rijst natuurlijk de vraag waarom ik zo’n serie over deze onderwerpen schrijf. Als reactie op deze artikelen zou bij de lezers al gauw de vraag omhoog kunnen komen: “Maar Matthijs, je gelooft toch nog wel in God?”
Dit artikel is je cadeau gedaan door cvandaag Premium lid
Jeffrey Schipper.
Word ook lid
In dit vierde artikel over kerkverlating en geloofstwijfel wil ik kijken naar de vraag: “Stellen wij wel de goede vraag, als we over geloofstransitie spreken?” Het is voor ons zo voor de hand liggend om dé vraag te stellen: “Geloof je in God? Geloof je nog wel in God?” Maar stel dat er een veel betere vraag is, die wij elkaar kunnen stellen…
Persoonlijk vind ik de vraag “Geloof je nog wel in God?” een intrigerende vraag. Allereerst omdat deze vraag op het eerste gezicht kan overkomen als een controlevraag. Alsof we misschien echt willen weten: “Ben je nog wel veilig? Hoor je er nog wel bij? Ben je nog wel één van ons?” Een controlevraag vanuit angst is zo gesteld. Zelf denk ik dat je bij een controlevraag vanuit angst nooit het antwoord op die vraag moet geven. Het lijkt mij beter om een laag dieper te duiken om bij die onuitgesproken angst te komen. Dan kan je elkaar pas echt ontmoeten.
Zelf denk ik dat je bij een controlevraag vanuit angst nooit het antwoord op die vraag moet geven.
Maar terug naar de vraag, die deze serie misschien wel oproept: “Geloof je nog wel in God, Matthijs?” Als iemand mij deze vraag stelt, dan vraag ik me altijd af wat de vraagsteller hiermee bedoelt. Betekent ‘geloven in God’ dat je gelooft dat God bestaat? Zo ja, dan schrijft Jakobus in de Bijbel dat de demonen dit ook geloven en dat ze sidderen. Dus zou je aan de hand hiervan kunnen zeggen: “Geloven dat God bestaat, betekent dus niet altijd dat dit een positief effect op je heeft.”
Ik zit nu vermoedelijk in de irritatiezone van bepaalde lezers, die zeggen: “Nee, het gaat om de vraag: ‘Geloof je dat Jezus Christus de Zoon van God is, die voor de zonden van de mensheid gestorven is en die is opgestaan uit de dood?’” Dat is een specifiekere vraag, waar volgens de Bijbel de duivel ‘ja’ op kan zeggen. De duivel weet dat Jezus de Zoon van God is, dat hij voor de zonden van de mensheid is gestorven en ook weer is opgestaan. De duivel weet dat dit waar is en gelooft dit, maar deze kennis van de waarheid helpt hem totaal niet.
Dus dan lopen we tegen de vraag op: “Wat is geloven?” Als christenen zijn wij vaak zo gefixeerd op het woord ‘geloven’, zonder dat we met elkaar hebben afgesproken wat ‘geloven’ precies inhoudt. Betekent geloven dat je kennis hebt van een bepaalde waarheid of dat je weet dat iets waar is?
Als iemand mij vraagt of ik hetzelfde geloof als hem of haar, dan ben ik meestal perplex. Ik heb namelijk geen enkel idee welke gedachten, gevoelens of denkwijze die ander heeft. Ik weet niet wat hij of zij denkt of welke beeldvorming die persoon bij God of bij één van de vele christelijke dogma’s heeft. “Ik geloof. Wij geloven. Wij geloven hetzelfde…” We gebruiken allemaal dezelfde woorden, maar de kans is heel groot dat we er in ons hoofd volledig andere denkpatronen en denkbeelden over God, Jezus en de Bijbelse dogma’s op na houden en dat wij daardoor hoogstwaarschijnlijk heel anders geloven dan de ander.
En toen kwamen corona, de lockdown en mijn burn-out. En te midden van dat alles blies God het kaarsje van Zijn aanwezigheid in mijn leven uit.
Ik wil een betere vraag voorstellen, een vraag die misschien wel dichter bij de Bijbel ligt dan de vraag over geloven. En dat is de vraag die de opgestane Jezus aan Petrus, een van zijn beste vrienden stelt: “Houd je Mij?” Niet de vraag “Geloof je in God?”, maar de vraag “Houd je van God?” lijkt mij veel waardevoller. Dan gaan we namelijk vanuit ons hoofd naar ons hart.
Als je mij die vraag zou stellen, dan zou ik met tranen in mijn ogen en met heel mijn hart ‘ja’ op die vraag beantwoorden. Er is niemand op aarde waar ik zoveel van houd als van God en meestal lukt het mij niet om zonder tranen over mijn liefde voor God te spreken.
En tegelijkertijd is God al meer dan anderhalf jaar uit mijn leven verdwenen. En het is niet dat ik hem niet met heel mijn hart heb gezocht.
Net voor corona zat ik op mijn favoriete eiland aan de Schotse westkust. Helemaal alleen te bidden op een berg, toen ik onverwachts ervoer dat God in mijn hart tot mij sprak en zei: “Je moet Mij loslaten. Je hebt een te kinderlijk en menselijk beeld van Mij. Je sluit Mij op in jouw Bijbelse vierkant. Laat Mij los en je zult Mij op hele nieuwe wijze vinden.” Niet wetende wat ik met deze woorden aan moest, ging ik gewoon door met het leven. En toen kwamen corona, de lockdown en mijn burn-out. En te midden van dat alles blies God het kaarsje van Zijn aanwezigheid in mijn leven uit.
Ik weet niet hoe het voor jou als gelovige is, maar ergens diep in mij kon ik meestal iets van de aanwezigheid van God in mijn leven ervaren. Een beetje zoals de godslamp, het kaarsje van Gods aanwezigheid, dat dag en nacht in een Katholieke kerk brandt. Een heel klein vlammetje ten midden van die grote duistere kerk, maar dat er altijd is. Zo was dat ook bij mij. Ergens diep van binnen brandde al veertig jaar dat vlammetje van Gods aanwezigheid en ineens blies God hem uit. Ik voelde het gebeuren. Ik merkte het verschil. God was ineens van de een op andere dag weg.
En toen…
Toen ben ik gaan zoeken.
Net zoals in het boek Hoogliederen ben ik mijn Geliefde gaan zoeken.
Vloekend heb ik het uitgeschreeuwd naar Hem: “U laat mij misschien wel los. Maar ik laat u niet los. Ik weiger het om u los te laten.”
Ik heb tegen beter weten in de meest charismatische diensten in ons land bezocht, want misschien was God daar wel te vinden. Onder handoplegging voor mij laten bidden, door een ‘vuurtunnel’ gelopen en zelfs eventuele demonen (die er niet waren) laten uitdrijven. Dit alles hielp mij niets. Hij was er misschien voor hen, maar niet voor mij.
Ik ben op bedevaart naar Iona, het meest spirituele eiland van Europa en de bakermat van de kerk in Groot-Brittannië geweest, met de hoop dat God daar zou zijn. God was daar niet. Van Iona naar de St. David kathedraal in Wales. Ook daar liet hij zich niet vinden. Uiteindelijk stond ik helemaal alleen in een eeuwenoude kerk in het zuiden van Engeland. Hier was niemand en God zeker niet. Vloekend heb ik het uitgeschreeuwd naar Hem: “U laat mij misschien wel los. Maar ik laat u niet los. Ik weiger het om u los te laten.” Huilend en schreeuwend in de afwezigheid van Hem.
In dit alles heb ik een belangrijke les geleerd: Als iemand komt te overlijden van wie je heel veel houdt, betekent het niet dat jouw liefde voor die persoon stopt, weggaat of zelfs minder wordt. Liefde blijft altijd, of je nu te maken hebt met afwezigheid of aanwezigheid. Liefde blijft, zelfs al voelt het alsof mijn Geliefde overleden is.
En natuurlijk ken ik de Bijbelverzen beter dan de critici in mijn hoofd, die aankomen met teksten dat God ons nooit zal verlaten. En ik gun het je dat het je nooit zal overkomen. Maar het overkwam Jezus aan het kruis en het overkwam Moeder Teresa voor het grootste deel van haar leven. Het overkomt zoveel christenen. En nu overkomt het mij.
Misschien staat Hij de hele tijd achter mij. Misschien fluistert Hij van achter in mijn oor. Misschien laat Hij zich op een dag opnieuw vinden.
Ik ben Hem kwijt, maar ik laat Hem niet los. Tegelijkertijd merk ik dat ik daardoor zoveel meer compassie, bewogenheid en empathie heb gekregen voor christenen, die door een dergelijke geloofstransitie gaan met alle vragen, twijfels en angsten van dien. Wat kan het fundament van je leven volledig staan te schudden, als je niet meer op het fundament van het christelijk geloof kunt staan. En soms raak je tegen je wil in God kwijt. Soms raak je door alles, wat andere christenen met je uitspoken, je vertrouwen in God kwijt. Soms zou je het liefst terug willen naar die intimiteit van vroeger, maar kan dat niet.
De afgelopen maanden ben ik aan het mijmeren geslagen wat mijn rol voor mensen in hun geloofstransitie kan zijn. Al rijdend richting Glastonbury in Engeland voor een bezoek aan een bevriende christelijke druïde (dat is weer een heel ander artikel voor over een paar weken) zat ik hier achter het stuur over na te denken. Ik was bezig in mijn hoofd met de vraag: “Welke rol mag ik nog vervullen in het lichaam van Christus in Nederland?” Glimlachend zei ik tegen mezelf: “Matthijs, jij mag de sluitspier zijn.”
Terwijl ik dat tegen mezelf zei, was daar na al die maanden van zoeken en niet vinden ineens de stem van mijn Geliefde weer. De stem die ik zo goed ken en die zei: “Matthijs, je bent deel van het hart.” Al rijdende barstte ik in huilen uit, terwijl ik dacht: “Dat was Hem. Daar was Die. Ik heb U zo gemist… Ik heb U zo gezocht…”
Maar Hij was alweer weg. Een leegte achterlatend. En hoop achterlatend. Misschien staat Hij de hele tijd achter mij. Misschien fluistert Hij van achter in mijn oor. Misschien laat Hij zich op een dag opnieuw vinden.
“Matthijs, geloof je in God?”
Ja, zeker! Maar ik blijf het een rotvraag vinden. Spreek mij niet aan op mijn hoofd. Spreek mij aan op mijn hart. In mijn hoofd heb ik ze niet altijd allemaal op een rijtje, maar mijn hart weet: “Hij is mijn Geliefde en ik hou van Hem, zelf al ben ik hem (voor nu even) kwijt.”
Niet als sluitspier, maar als deel van het hart start ik vanaf februari met een heel klein initiatief waarin ik zes mannen de mogelijkheid bied om zes avonden in een veilige setting met elkaar in gesprek te gaan over geloofstwijfel, geloofsverlies, kerkverlating en alles wat hierbij komt kijken. Met de hoop dat zij en hun dierbaren op een goede manier door de geloofstransitie heen komen. Klik hier voor meer informatie.
Christenen die meer diepgang willen kiezen voor cvandaag Premium
Je las net een gratis cvandaag Premium artikel. Meld je aan en start je gratis maand.
Start je gratis maand
Matthijs Vlaardingerbroek over kerkverlating
- De innerlijke strijd van kerkverlaters: je leefde braaf als volgeling van Jezus, en nu?
- Durven christenen hun oordeel over kerkverlaters los te laten?
- Hoe de coronalockdown als katalysator van een massale leegloop van kerken functioneerde
- Waarom verlaten mensen op dít moment massaal de kerk?
- Er vindt momenteel een stille ramp binnen kerkelijk Nederland plaats
Meer over Matthijs Vlaardingerbroek over kerkverlating »