SAMEN MET INTERSERVE

Artikel 7
WIJ BEVESTIGEN dat ons zelfverstaan als mannelijk of vrouwelijk bepaald moet worden door Gods heilige bedoelingen in schepping en verlossing, zoals Hij die openbaart in de Bijbel.
WIJ ONTKENNEN dat het in overeenstemming met deze heilige bedoelingen is wanneer mensen zichzelf bewust willen zien en positioneren als personen met een homoseksuele of transgenderidentiteit.
Artikel 8
WIJ BEVESTIGEN dat mensen die seksuele aantrekkingskracht ervaren tot mensen van hetzelfde geslacht een rijk en vruchtbaar leven kunnen leiden dat door het geloof in Jezus Christus aangenaam is voor God, wanneer zij een rein leven leiden – zoals dat voor alle christenen geldt.
WIJ ONTKENNEN dat seksuele aantrekkingskracht voor hetzelfde geslacht onderdeel is van de goedheid van Gods oorspronkelijke schepping, of dat het iemand buiten de hoop van het Evangelie zou plaatsen.
Artikel 9
WIJ BEVESTIGEN dat de zonde zorgt voor misvorming van seksuele verlangens, door ze niet op het huwelijksverbond, maar op seksuele onreinheid te richten. Deze misvorming omvat zowel heteroseksuele als homoseksuele onreinheid.
WIJ ONTKENNEN dat een langdurig patroon van verlangen naar seksuele onreinheid seksueel onrein gedrag rechtvaardigt.
Artikel 10
WIJ BEVESTIGEN dat het zondig is om homoseksuele onreinheid of transgenderisme goed te keuren. Wie deze wel goedkeurt wijkt fundamenteel af van de standvastigheid die van christenen verwacht mag worden en van het getuigenis waartoe zij geroepen zijn
WIJ ONTKENNEN dat de goedkeuring van homoseksuele onreinheid of transgenderisme een moreel neutrale zaak is, waarover getrouwe christenen onderling van mening mogen verschillen.
Artikel 11
WIJ BEVESTIGEN onze plicht om altijd de waarheid in liefde te spreken, ook wanneer wij tot of over elkaar spreken als mannelijk of vrouwelijk.
WIJ ONTKENNEN elke verplichting om in ons spreken God te onteren door in te gaan tegen Zijn bedoeling die Hij heeft gehad met het scheppen van mensen als Zijn beelddragers als mannelijk en vrouwelijk.
Artikel 12
WIJ BEVESTIGEN dat de genade van God in Christus zowel vergeving als levensveranderende kracht geeft, en dat deze vergeving en kracht een volgeling van Jezus in staat stellen om zondige verlangens te doden en te leven op een wijze die de Heere waardig is.
WIJ ONTKENNEN dat de genade van God in Christus onvoldoende is om alle seksuele zonden te vergeven, of onvoldoende kracht geeft aan gelovigen die zich tot seksuele zonden aangetrokken voelen, om een leven in heiliging te leven.
Artikel 13
WIJ BEVESTIGEN dat de genade van God in Christus zondaren in staat stelt om tegen een transgender-zelfverstaan te strijden en dit verkeerde zelfverstaan te verloochenen en, door Zijn geduld, de door God ingestelde verbinding tussen het biologische geslacht en het zelfverstaan als mannelijk of vrouwelijk te aanvaarden.
WIJ ONTKENNEN dat de genade van God in Christus een zelfverstaan rechtvaardigt dat niet in overeenstemming is met Gods geopenbaarde wil.
Artikel 14
WIJ BEVESTIGEN dat Christus Jezus naar deze wereld is gekomen om zondaren zalig te maken en dat, door Zijn dood en opstanding, vergeving van zonden en eeuwig leven te verkrijgen zijn voor een ieder die zich bekeert van de zonde en vertrouwt op Christus alleen als Verlosser, Heere en allerhoogste Schat.
WIJ ONTKENNEN dat de arm van de Heere te kort is om te redden, of dat ook maar één zondaar buiten Zijn bereik is.
Schriftgedeelten
De volgende Schriftgedeelten in de Bijbel kunt u erop na lezen:
Gen. 1:26-28; 2:15-25; 3:1-24; Ex. 20:14; 20:17; Lev. 18:22; 20:13; Deut. 5:18, 21; 22:5; Richt. 19:22; 2 Sam. 11:1-12:15; Job 31:1; Ps. 51:1-19; Spr. 5:1-23; 6:20-35; 7:1-27; Jes. 59:1; Mal. 2:14; Matt. 5:27–30; 19:4-6, 8-9, 12; Hand. 15:20, 29; Rom. 1:26–27; 1:32; 1 Kor. 6:9–11, 18-20; 7:1-7; 2 Kor. 5:17; Gal. 5:24; Ef. 4:15, 20–24; 5:31–32; Kol. 3:5; 1 Thess. 4:3-8; 1 Tim. 1:9–10, 15; 2 Tim. 2:22; Titus 2:11-12; Heb. 13:4; Jak. 1:14–15; 1 Pet. 2:11; Judas 7.
Deze Schriftgedeelten maken geen deel uit van het originele document, maar zijn later als referentie toegevoegd.
Naschrift
Met de Nederlandse versie van de Nashvilleverklaring willen wij onverkort belijden wat Gods Woord ons verklaart en onverkort ontkennen wat tegen Gods Woord in gaat. Tegelijk voelen wij ons gedrongen de verklaring van een naschrift te voorzien, gericht op de pastorale praktijk.
Juist in het licht van deze principiële stellingname past ons belijdenis van schuld. Als christenen in Nederland hebben wij in dezen niet altijd duidelijk en publiek, en zeker niet met één mond gesproken, en zijn daarom mede-oorzaak van de verwarring in de samenleving. Ook hebben wij onze principes niet altijd met het voorbeeld van ons leven versierd. Christelijke huwelijken toonden vaak niet het beeld van de manier waarop Christus omgaat met Zijn bruid. Kerkelijk leidinggevenden zijn soms helaas mede-verantwoordelijk geweest voor de praktijk of het toedekken van (seksueel) misbruik. Principiële stellingnames hebben niet zelden geresulteerd in machtsmisbruik jegens hen die een homoseksuelegerichtheid kennen. De pastorale zorg naar deze gemeenteleden in nood is te vaak onder de maat geweest.
Dit geeft ons een des te grotere verantwoordelijkheid voor pastorale nabijheid en zorg. Wij hebben de mond van een profeet nodig, maar ook het hart van een herder. Zij die bij zichzelf een homoseksuele gerichtheid herkennen of worstelen met hun geslachtelijkheid, mogen weten in de christelijke gemeente een volwaardige plaats te hebben. Niemand kan zich immers laten voorstaan op iets goeds van zichzelf, maar allen moeten leven van genade. Ieders hart kent van nature een zondige gerichtheid en ieder mens kent zondige verlangens, die zich ook op seksueel gebied uiten. Strijden tegen de zonde betekent daarom altijd zelfverloochening. Dat is een gave van Gods genade. Ten diepste is ze slechts mogelijk vanuit Christus en door de Heilige Geest. Jezus Christus is gekomen niet om rechtvaardigen maar om zondaren te roepen tot bekering en hen zalig te maken.
Dat bepaalt het christenleven. Hierin wordt beleefd, dat onze identiteit niet ligt in onze seksualiteit, maar in onze verhouding tot Christus. Dit in de wetenschap dat hier op aarde het leven naar Gods Woord en in gemeenschap met Hem de grootste vreugde geeft, maar ook dat dit altijd ten dele zal zijn. De volle overwinning over onze zondige oude natuur is weggelegd voor straks, als alle ware gelovigen eeuwig met Christus zullen zijn. Dan zijn zij met lichaam en ziel geheel aan Hem gewijd en zal Hij zijn alles en in allen.
Lees ook onze explainers:
- 5 Redenen waarom christenen homoseksualiteit zouden moeten accepteren.
- 7 Redenen waarom christenen homoseksualiteit zouden moeten afwijzen.
Je voornaam
Je e-mailadres
Je voornaam
Je e-mailadres