Iedere christen krijgt vroeg of laat met lijden te maken
De eerste brief van Petrus, met het karakter van een rondzendbrief, is geadresseerd aan niet-Joodse christenen in Klein-AziĆ«. Vanwege hun geloof kregen zij te maken met sociale discriminatie, een voorloper van de christenvervolging die dit gebied een halve eeuw later zou treffen. Petrus adviseert zijn lezers voor niemand bang te zijn en kritische vragen te zien als een kans om hun geloof te belijden. āVraagt iemand u waarop de hoop die in u leeft gebaseerd is, wees dan steeds bereid om u te verantwoordenā (1 Petr. 3:15). Beschouw āchristenā niet als scheldnaam, maar als erenaam. Dan kun je veel verdragen. āWie echter als christen lijdt, moet zich niet schamen, maar God eren met die naamā (1 Petr. 4:16 WV).
āHet is een blijk van genade als iemand, doordat zijn aandacht op God gericht is, in staat is onverdiend leed te verdragen. Immers, wanneer u de slagen verdraagt die u krijgt wegens wangedrag, levert dat u toch geen aanzien op? Het is echter een blijk van Gods genade wanneer u verdraagt wat u moet lijden voor uw goede dadenā -
1 Petrus 2:19-20.
Wil je verder lezen?
Als lid krijg je onbeperkt toegang tot cvandaag.nl
Praatmee