Voorganger Leon Mazin uit Haifa roept Joden uit Oekraïne op naar Israël te komen: "Kunnen niet om Gods woord heen"
Ruim 30 jaar geleden kwam hijzelf vanuit Wit-Rusland naar Israël. Het ijzeren gordijn was gevallen en Joden konden een nieuw leven starten in het ‘beloofde land’. In Haifa stond de familie Mazin aan de wieg van een joods-messiaanse gemeente met de veelzeggende naam Shavei Tsion (terugkerenden naar Sion). En nu heeft Mazin z’n handen door de Oekraïene oorlog vol aan de opvang van een nieuwe golf nieuwkomers. Maar het zijn er volgens hem nog lang niet genoeg. ‘Het is verdrietig dat veel Joden een leven in West-Europa verkiezen boven het maken van Alijah,’ vertelt hij ons in zijn kantoor in het gebouw van zijn gemeente in Haifa.
Sinds de inval van Rusland in Oekraïne op 24 februari, zijn zeker 25 duizend Joden naar Israël gevlucht. Het gaat om mensen die al eerder in Israël woonden of die alijah maken en vanwege hun Joodse afkomst aanspraak mogen maken op een Israëlisch paspoort. Van die laatste groep komen er bijna 6000 uit Oekraïne en ruim 5000 uit Rusland, zo blijkt uit online gegevens van Israëlische instanties.
Het aantal vluchtelingengezinnen stijgt dit voorjaar snel bij de gemeente Shavei Tsion in Haifa. De eerste weken van de oorlog in Oekraïne verbleven de meeste mensen rond Tel Aviv maar in april en mei verspreidden ze zich meer over het land. Begin april klopten er tien mensen per week aan bij Shavei Tsion, in mei is dat aantal gegroeid tot 15 gezinnen per dag. De gemeente schaalt flink op met het leveren van voedsel en huisraad aan de nieuwkomers die vaak niets bij zich hebben.
Mazin: ‘Wie kon indenken dat de profetie uit Jeremia 16:16 nu zou uitkomen? Over de terugkeer van het volk naar Israël, eerst door vissers opgevist en dan door jagers opgejaagd. Toen de oorlog in Oekraïne uitbrak, waren we emotioneel en wilden we hulp sturen naar Oekraïne. Maar toen begon God tot ons te spreken om de deuren te openen voor een grotere alijah. Jagers sturen ze naar ons toe. We kunnen niet om Gods woord heen dat het volk oproept terug te keren naar Sion.’
Mazin herinnert zich nog goed hoe in de tijd van zijn alijah begin jaren ’90 veel christenen de Joden aanmoedigden naar Israël te gaan. Nu hoort hij dat geluid veel minder vanuit de kerken. Ook maakt het hem verdrietig dat veel Joodse vluchtelingen een leven in een westers land verkiezen boven dat in Israël. ‘Veel Joden denken dat ze in Duitsland en andere landen als vluchteling een betere toekomst hebben dan als burger van Israël. Als mensen de grens met Polen, Hongarije, Roemenië of Moldavië oversteken en hun paspoort laten zien, wordt hen gevraagd of ze Joods zijn. Velen zeggen dan nee, nee, nee en gaan dan als vluchteling Europa in. Als ze wel zeggen dat ze Joods zijn, komen er direct mensen van het Joods Agentschap om ze te registreren en de alijah voor te bereiden. Dat willen velen niet. Ik ben erdoor geschokt.’
Er zijn zeker nog 600.000 Joden in zowel Oekraïne als in Rusland en van hen komt momenteel slechts een klein gedeelte naar Israël. Als er honderd duizenden Joden naar Israël zouden komen, zou het land zo’n grote groep prima kunnen opvangen, zegt Mazin. De 1,2 miljoen Joden in Israël die uit de voormalige Sovjet-Unie kwamen in de jaren ’90, hebben het land immers ook versterkt. De kinderen gaan in het leger, gaan studeren en dragen bij aan de economische groei. De kosten van de opvang destijds zijn volgens Mazin via de belasting die ze hebben betaald in 7 jaar terugverdiend. Leon roept alle Joden uit de voormalig Sovjet-Unie landen op om alijah te maken en naar Israël te komen.
De opvang in de gemeente Shavei Tsion
‘Poetin Alijah’
Naast de Joodse vluchtelingen uit Oekraïne komen er momenteel ook Joden uit Rusland. Deze mensen maken een zogeheten ‘Poetin alijah’: een vlucht voor de dictatuur die in korte tijd in Rusland is ontstaan. Zo is er in Haifa een half-joodse familie uit St.Petersburg met vijf kinderen. De man was als kind met zijn ouders al naar Israël gekomen maar is later teruggegaan naar Rusland om nu alsnog naar Israël te komen. Hij heeft een Israëlische verblijfsvergunning, maar zijn niet-joodse vrouw niet.
Mazin vertelt ook over een Russische Jood die al vijf jaar bezig was met zijn alijah proces, maar daar eigenlijk geen haast mee maakte, hij kon zijn goede positie in Moskou niet loslaten. ‘Omdat hij oppositieleider Navalny steunde, was hij in korte tijd tweemaal gearresteerd. Als hij nog een keer gearresteerd zou worden, zou hij waarschijnlijk voor lange tijd vast blijven zitten. Sinds de oorlog in Oekraïne is de situatie in Rusland zo verergerd. De man heeft zijn goede rijke leven, zijn huis en bankrekening in Moskou nu alsnog halsoverkop achter zich moeten laten om met niets in Israël aan te komen.’
Steun de gemeente Shavei Tsion, die tientallen gezinnen helpt met een nieuwe start. De staat Israël regels huisvesting voor deze mensen, maar kleding, huisraad en voedsel moeten mensen veelal zelf regelen. De messiaanse gemeenten helpen nieuwkomers hiermee.