“Het is een opdracht van God om de arme en de weduwe te helpen”, zegt Sándor-Zsolt Szabó beslist als ik hem en zijn collega’s naar hun missie vraag. “We kunnen niemand het geloof geven, maar we kunnen wel de liefde en zorg van God laten zien aan mensen die niemand hebben om hen te helpen,” zegt hij. Szabó legt uit dat CE Oradea in eerste instantie een missionaire organisatie is, die met zowel diaconale als missionaire projecten maandelijks meer dan 1000 mensen helpt.

CE Oradea helpt mensen niet voor ze duidelijk hebben wat hun noden zijn en waar ze mee geholpen zijn: “We proberen een beeld van de familie te krijgen. We zijn echt geen detectives, maar proberen te zien of men eerlijk is of niet.” Wat de mogelijkheden zijn? “Als de familie weinig financiële middelen heeft, helpen we ze met de huur of met voedsel voor een periode. Als het koud is in de woning kan dat door middel van een kachel. Ook medicijnen zijn soms hard nodig.”

Vrijgevig en vrij
Altijd is het doel de familie breder van dienst te zijn dan ze alleen te ‘helpen’ met praktische dingen. “We geloven in een holistische benadering: mensen hebben het op verschillende gebieden moeilijk. Niet alleen financieel, maar soms ook door chronische ziekten of door ouders die verslaafd zijn. We vertellen ze dat er vrijheid is in God. Wij willen vrijgevig zijn met medicijnen en voedsel, maar Hij kan ons écht vrij maken.” 

De coronacrisis heeft de noodzaak van winterhulp alleen maar versterkt, vertelt de medewerker van de hulporganisatie. Terwijl er vorig jaar nog veel mensen hulp nodig hadden omdat ze ouder waren of veel kinderen hadden, is er nu nog de nood bijgekomen van de mensen die door de crisis hun baan zijn kwijtgeraakt. Szabó: “Veel bedrijven hebben werknemers moeten ontslaan. Vorig jaar was er werk genoeg, nu is dat anders.”

Wind door de schappen
Ook de prijzen zijn gestegen, wat ervoor zorgt dat arme families het nóg zwaarder hebben. “Mensen hebben ook de neiging veel voedsel in te kopen, waardoor het voorkomt dat de schappen leeg zijn. Pas liep ik in de Lidl en de wind woei door de schappen: de macaroni, groenten en rijst waren op.”

“Nederlanders hebben een rijke traditie in het steunen van Hongaren,” vertelt Szabó lachend. De medewerkers van CE Oradea hebben vaak een Hongaarse achtergrond. “In de communistische tijd werden er Bijbels over de grens gesmokkeld. Ook zijn er Hongaarse pastors bevrijd door inzet van Nederlanders. Jullie hebben dus veel ervaring.”

Met hart en ziel
En hoe we nu kunnen bijdragen? “Als eerste zeg ik: laten we voor elkaar bidden. Alles komt van Hem. Vraag om wijsheid, vraag hoe je kunt helpen en hoe je er voor anderen kunt zijn. Verder zijn we financieel natuurlijk erg geholpen; door het bijdragen aan medicijnen en bijvoorbeeld kleding.” 

Het is een bijzonder verhaal: een organisatie die zich zo inzet voor haar stad en de schrijnende situaties die er zijn. Wat al die verhalen met Szabó doen? “Het maakt mij als leider nederig: ik heb meer dan hen, maar bén dat niet. Dit werk kun je niet anders doen dan met heel je hart en ziel. Dat zorgt natuurlijk wel voor een last, die je gelukkig wel met andere medewerkers en God kunt delen. We dragen het niet alleen, we hebben een God die machtiger is dan het probleem!”