Filipijnse moeder van acht kinderen: "Als ik niet werk, is er geen eten"
Bij de deur doen we onze schoenen uit. Dat hoeft van Rhea niet per se, maar we doen het toch. We stappen binnen op vloerzeil met blauwe figuren. We staan gelijk midden in de woonkamer. Daar hangen foto’s van het gezin aan de rechterkant aan de muur. Boven de ingang hangt een plaat met daarop de tekst ‘God is with us’. De woonkamer is ook de slaapkamer. Dus rechts voor ons staat het bed, dat tijdens het huisbezoek als bank fungeert.
We zijn op de Filipijnen op bezoek bij Rhea, ze is samen met haar zoon Markwen (10 maanden) onderdeel van het moeder-kind-project van Compassion en de lokale kerk The Love and Share Children Center in Cebu.
Rhea (33) zit op het bed met haar kinderen. Haar man is er niet. Ze is een sterke vrouw die geen makkelijk leven heeft. Het leven heeft haar getekend. Haar gezicht is neergeslagen, maar haar armen zijn sterk. Ze heeft samen met haar man acht kinderen in de leeftijd van 16 tot tien maanden. Vier kinderen zitten op school. Drie kinderen zitten om haar heen, haar zoontje Markwen zit bij haar op schoot.
Onze vragen en haar antwoorden worden vertaald. Ze vertelt dat ze met haar gezin eerder verhuisd is van een ander eiland naar Cebu. De tranen springen in haar ogen, dikke tranen rollen over haar gezicht. Met haar vrije hand veegt ze de tranen, die maar blijven komen, weg. “We hadden het toen zo slecht”, zegt ze tussen het huilen door. Relatief gezien heeft het gezin het nu dus beter, maar ze hebben nog steeds weinig. Die realiteit steekt bij Rhea, maar ook bij ons.
Gebukt onder ellende
Het gezin gaat gebukt onder nood, onder schulden. Ze moeten vaak geld lenen, anders is overleven onmogelijk. Rhea’s man heeft werk, maar houdt ook veel van drank. Daardoor gaat een groot deel van zijn salaris op aan alcohol. “Verder blijft niets over van dat inkomen, daarom werk ik op de markt.”
Ze maakt dagen van zeven uur ’s ochtends tot zeven uur ’s avonds als verkoopster. Daarmee verdient ze 200 peso per dag, dat is zo’n 3,35 euro. Dat doet Rhea dag in dag uit. Weer vullen haar ogen zich met tranen. “Als ik niet werk, is er geen eten voor mijn gezin, dan is er geen geld voor school en geen geld voor elektriciteit.”
Aan het plafond hangt een ventilator met een innovatieve constructie van verschillende stroomdraden en stopcontacten. Ze doet veel moeite om de ventilator aan te krijgen. Als het lukt, komt er maar minimaal wind van de fan, maar ze is dankbaar dat ze dit kan bieden. Het is een teken van gastvrijheid en liefde.
Warren James
Rhea kan door haar werk niet goed voor Markwen, haar tien maanden oude baby, zorgen. Ze kan niet zorgen voor de kinderen die niet naar school gaan. Daarom doet haar zoon Warren James dat. Hij is 11 jaar. Hij kan niet naar school. En is door de omstandigheden snel volwassen geworden. Buiten spelen zit er bijna niet in. Wel zorgt hij met alles dat hij in zich heeft dat de boel thuis draaiende wordt gehouden.
Warren James inspireert ons. Zijn grote glimlach raakt ons hart. Hoe liefdevol hij is naar zijn broertjes en zusjes is prachtig om te zien. Maar ook ontroerend en confronterend, want hoe veel mooier is het als die jongen naar school kan om te studeren.
Markwen zit in het survivalprogramma. Over twee maanden is hij één jaar en treedt hij toe tot het kind-sponsorprogramma. “Het is mijn droom dat Markwen naar school kan en een diploma behaald.”
Lichtstralen van hoop
Rhea is erg dankbaar voor Compassion en de lokale kerk The Love and Share Children Center. “De kinderen horen daar het woord van God. Van het centrum krijg ik ook rijst, melk en vitaminen. Dat helpt met onze moeilijke situatie.”
Het zijn lichtstralen hoop, waar Rhea aan vasthoudt om door te gaan. Het geeft haar kracht om niet op te geven, om te blijven bidden, om te blijven hopen.
Als we naar buiten stappen, trekken we onze schoenen weer aan. We maken nog een paar laatste foto’s met het gezin en zwaaien ze dan liefdevol, onze tranen wegdrukkend, uit. We zijn vastbesloten om het verhaal van Rhea, Warren James en Markwen te delen als we thuis zijn. Wij kunnen een stem zijn voor dit gezin.
“Spreek uit namens de stemlozen, en voor de rechten van allen die kwetsbaar zijn.” - Spreuken 31:8
CIP ging een week op reis naar de Filipijnen om de kracht van de lokale kerk te zien via het werk van Compassion. Daar hebben we het werk van dichtbij meegemaakt en gezien wat de impact ervan is voor de lokale bevolking. Dit is een verhaal uit die serie.
Praatmee