Vermoedelijke Fulani-herders voerden de aanvallen uit, die volgens verschillende bronnen ’s nachts dorpen binnendrongen, huizen in brand staken en bewoners om het leven brachten. De gewelddadigheden begonnen op 25 mei met aanvallen op de dorpen Mbor, Margif en Mijing. Later werden ook de dorpen Hokk, Pangkap, Fokoldep en Mushere getroffen.

'Voor zes dagen lang zijn Fulani-herders doorgegaan met het aanvallen van onze dorpen', schrijft Lilian Madaki, een inwoner van Bokkos, in een bericht. 'Deze gemeenschappen zijn allemaal overwegend christelijk.' Onder de slachtoffers bevond zich ook een 14-jarige jongen, die zwaargewond raakte door een schot en momenteel in het ziekenhuis wordt behandeld.

Op 27 mei werd ds. Lekyil ontvoerd in het dorp Kwahas, waar hij voorganger was van een COCIN-gemeente. Volgens journalist Masara Kim raakte zijn vrouw tijdens de aanval gewond. De predikant werd later dood aangetroffen. Diezelfde dag kwamen elf andere christenen om bij aanvallen op omliggende dorpen.

"De volledige naam van de vermoorde voorganger is ds. Mimang Lekyil. Hij was de pastor van COCIN Kwahas in Mushere", aldus Kim. "Het ging om een ontvoering, maar de uitkomst was dodelijk."

Ook Emmanuel Auta, een inwoner van Mushere, bevestigt de omvang van het geweld. "Bokkos is nog nooit zo onveilig geweest. Christenen worden afgeslacht zoals we dat nu meemaken", zei hij. Volgens Auta vielen op 1 en 2 juni opnieuw negen doden in Mushere, waarvan zeven op één dag.

Op maandagavond 2 juni werden de dorpen Hokk, Pangkap en Fokoldep aangevallen. Yakubu Kefas, die in het gebied woont, sloeg alarm terwijl de schoten nog klonken: "Christenen worden op dit moment zwaar beschoten door Fulani-terroristen. Er zijn slachtoffers en veel huizen branden."

De politie en het leger zijn inmiddels ingezet om de regio te beveiligen. "De verantwoordelijken zullen worden vervolgd", aldus Emmanuel Adesina, woordvoerder van de politie in Plateau. "We zullen geen enkele steen onomgekeerd laten om ervoor te zorgen dat gerechtigheid geschiedt."

Volgens een rapport van het Britse parlementaire comité voor internationale geloofsvrijheid (APPG) delen sommige Fulani-herders een radicaal-islamistische ideologie. Het rapport stelt dat zij 'een duidelijke intentie tonen om christenen en symbolen van christelijke identiteit aan te vallen'.

De motivatie achter de aanvallen lijkt tweeledig: religieus en economisch. Terwijl droogte en verwoestijning het voor Fulani-herders moeilijk maken om hun vee te laten grazen, proberen extremistische groepen via geweld land in handen te krijgen en christelijke aanwezigheid te verdrijven.