De jongens vielen hem aan op de basisschool van het dorp Pangkalan Kasai, in het district Seberida, provincie Riau. De daders hadden het vaker op KB gemunt, maar dit keer liep het gruwelijk uit de hand. Na de mishandeling kwam hij gebogen van de pijn thuis.

Een dag later vertelde hij aan zijn moeder wat er gebeurd was. Op woensdag spraken zijn ouders met schoolmedewerkers. De directie besprak het incident op vrijdag samen met de betrokken leerlingen en ouders. Hoewel dit gesprek vreedzaam verliep, ging de gezondheid van KB snel achteruit.

“De kinderen hebben bekend", zegt zijn vader, Gimson Beni Butarbutar. “Mijn zoon is in zijn buik geschopt. Die zwol op. Hij wilde geen rijst meer eten en braakte bloed.”

Zijn ouders brachten hem naar het ziekenhuis. “Mijn kind kreeg injecties en zuurstof. Zijn maagstreek was opgezet. Hij kreeg het benauwd. Onderweg begon hij te stuiptrekken. Het ging vreselijk slecht.”

Op maandagochtend 26 mei overleed KB in het regionale ziekenhuis RSUD Indrasari Rengat aan zijn verwondingen. Zijn ouders zijn kapot van verdriet. “Hij was mijn eerste kind", vertelt zijn vader. “Hij droomde ervan soldaat te worden. Ik wilde dat vroeger ook, maar het lukte mij niet. Daarom hoopte ik dat hij het zou worden. Ik kan het nog steeds niet geloven. Het voelt alsof ik droom.”

Het tragische overlijden van KB onderstreept de spanningen die christelijke minderheden in delen van Indonesië nog altijd ervaren. Christenen wereldwijd worden opgeroepen te bidden voor troost voor de familie, en voor gerechtigheid in deze pijnlijke zaak.