Hoe spreek je als kerk over het 'grote geheim' met een homostel?
Homoseksualiteit is een beladen onderwerp voor veel christenen. We zijn bang elkaar pijn te doen, bang voor elkaars veroordelingen. Terwijl we nog zo bezig zijn om meer open, eerlijk en kwetsbaar over onze eigen seksualiteit te spreken, krijgen we er nog een paar extra vragen bij. Gewetensvolle vragen dringen zich op: hoe gaan we in ons persoonlijk leven en binnen de gemeente om met de veranderende visies op seksualiteit?
Ik sprak eens een bemoediging uit over de liefdevolle Vader. Daar kreeg ik een boze reactie op. Een vrouw was zo door haar vader beschadigd, dat ze het eenvoudigweg niet kon verdragen dat over God werd gesproken als de Goede Vader. Ze wees dit Vaderbeeld af. Ze kon er niets mee en ging nog altijd gebukt onder een foute vader. Helpen we haar door nu maar niet meer te spreken of preken over een Goede Vader, om te voorkomen dat dit haar pijn doet?
Praatmee