De mens zet zichzelf op een voetstuk: durf jij nederig te zijn?
Het lijkt tegenwoordig wel een verplichting om jezelf voortdurend op de borst te slaan en overal trots op te zijn. Trots op je prestaties, trots op je afkomst, trots op je levensstijl en zelfs trots op wat je toevallig hebt gekregen, alsof het allemaal je eigen verdienste is. Voorheen was je blij, dankbaar of verheugd. Vaak vooral blij voor een ander. Maar dat lijkt voorbij. De moderne mens paradeert rond, spiegelend in zijn eigen glorie, verslaafd aan erkenning. Is dit slechts een verandering in onze taal of zit er meer achter? Zijn wij innerlijk veranderd?
Laten we eerlijk zijn: het is niet alleen maar onschuldige taalgebruik. Achter de verschuiving van 'blij voor de ander' naar 'trots op jezelf' schuilt een diepere, spirituele verschuiving. De mens als maat van alle dingen. Zelfverwezenlijking als hoogste goed. Maar wat zegt de Bijbel hier eigenlijk over? Een vraag die we niet vaak genoeg stellen.
Praatmee